Er werd verbluft gereageerd op de aankondiging van Vooruit-voorzitter Connor Rousseau dat hij meteen alle coalities met N-VA zou opzeggen van zodra deze partij eender waar in zee zou gaan met het extreemrechtse Vlaams Belang. Maar de hamvraag is: wat vinden de andere voorzitters van de democratische politieke partijen? Zijn ze bereid de jonge socialistenvoorzitter te volgen?
Het Observatorium neemt de proef op de som.

Niet Ivan maar wel King Connah…

Momenteel toert VRT-journalist Ivan De Vadder met zijn nieuwste boek, het bij Ertsberg uitgegeven Wanhoop in de Wetstraat. Zoals dat klaarblijkelijk past voor een VRT-wetstraatjournalist worden duidingsprogramma’s en krantenkolommen meteen ter beschikking gesteld om net dat ene ‘politieke’ boek te promoten. Het is een gunst die andere wetstraatwatchers, journalisten en politicologen niet in dezelfde mate te beurt valt. Een aantal van die andere ingewijden werden wel uitgenodigd om tijdens de ronde doorheen de Vlaamse provincies hun licht te laten schijnen op het werk van De Vadder. En om het geheel nog meer glans te geven werden ook partijvoorzitters of andere coryfeeën bereid gevonden om plaats te nemen in de panels. Met permissie: het geheel levert een beeld dat zeer incrowd is, dat weeral eens aantoont hoe vervlecht de politieke journalistiek in dit land is geraakt met de politieke actoren. Maar dit terzijde want daarover gaat dit stuk allerminst. Alle spotlichten dus op Ivan De Vadder… Maar… dat was buiten die ene partijvoorzitter gerekend, Connor Rousseau, leider van Vooruit.

Cordon sanitaire

De feiten zijn gekend. Op 3 oktober zat ‘king connah’ in de Grote Aula van UFO aan de Universiteit Gent samen met Isabel Albers, Carl Devos en de gevierde auteur. Rousseau herhaalde dat hij onverkort achter het cordon sanitaire ten aanzien van het extreemrechtse Vlaams Belang blijft staan. Spontaan, zo denken de watchers toch, voegde Connor Rousseau eraan toe dat zijn partij alle coalities met N-VA zal opblazen, van zodra die partij eender waar in Vlaanderen in zee zou gaan met extreemrechts.

Kot te klein

Op sociale media was het extreemrechtse kot even te klein. Menigeen wees naar het feit dat Vooruit diezelfde taal niet spreekt ten aanzien van de PVDA. Rousseau werd ‘arrogantie’ verweten omdat hij nog vóór de verkiezingen zou bepalen wie wel en wie niet in een coalitie zou zetelen. Ook de verongelijkte extreemrechtse partijvoorzitter Van Grieken liet zich meteen gelden door beroep te doen op de vele N-VA’ers die “samen een meerderheid” (N-VA met Vlaams Belang als Vlaamse regering) zien zitten. Expliciet verwees Van Grieken hierbij naar Theo Francken. Zoals steeds voelde deze zich meteen door extreemrechts, waarvan hij zich allerminst onderscheidt, aangesproken. Hij haalde niet alleen met dezelfde VB-retoriek uit naar de socialisten maar herhaalde bovendien het PVDA-whataboutisme.

Het zijn deze whataboutismen en andere afleidingsmanoeuvres die moeten doen vergeten waarom de extreemrechtse partij achter dat cordon sanitaire is geraakt: namelijk door haar racisme. En dàt nota bene in een week waarin alweer één van de mandatarissen van Vlaams Belang zich met onversneden racisme liet opmerken toen Wilrijks districtsraadslid Werner de Gres op zijn Facebook Kortrijk-voetballer Didier Lamkel Zé een “mensaap” noemde. Zwarte voetballers ‘mensaap’ noemen gebeurt wel vaker in extreemrechtse Vlaamse kringen. In september 2019 noemde Doorbraak-medewerker en voormalig ghostwriter van Vlaams Belang Johan Sanctorum Romelo Lukaku ook een ‘mensaap’. Hoofdredacteur Pieter Bauwens zag daar aanvankelijk geen graten in. Het waren anderen die hem er moesten op wijzen dat dit racisme was en dat het desbetreffende stuk best verwijderd kon worden. Extreemrechts racisme dus, of het nu de politieke partij Vlaams Belang is of één van de satellieten in dat ranzige universum.

Hoe het cordon werkt

Keer op keer bewijzen ze bij Vlaams Belang dat ze weinig kaas van democratisch functioneren hebben gegeten. Cordon of niet, je kan politieke partijen niet dwingen een coalitie te sluiten met een partij waarmee ze geen raakvlak heeft of geen compromissen mee kan of wil bereiken. Als dat het standpunt is en blijft van de Vlaamse democratische partijen ten aanzien van extreemrechts dan heeft extreemrechts – in tegenstelling tot andere landen in Europa – geen partner om “samen een meerderheid” mee te vormen. Het cordon is gewoonweg de formalisering van de inhoudelijke onmogelijkheid en onkiesheid om met extreemrechts te regeren. Dat is niet ondemocratisch. Dat is politieke helderheid. De kiezer wordt niet met een kluitje in het riet gestuurd. Hij wordt er vooraf van op de hoogte gesteld dat een stem voor extreemrechts een weggegooide stem is, althans voor wat de vorming van een coalitie betreft.

Usual suspect

N-VA is de enige partij die hierover warm en koud blaast en dus de usual suspect van de politiek als het om het doorbreken van het cordon gaat. Als enige partij spreekt ze zich tegen die formalisering (het cordon ) uit en als enige partij is ze ook inhoudelijk troebel als het gaat om samenwerken met extreemrechts. Dat komt omdat er zowel historisch, sociologisch als inhoudelijk raakvlakken en overlappingen zijn. En omdat die partij ook nogal wat kaders telt die gewoon extreemrechts denken, praten en handelen. Het loont in dat opzicht de moeite de strapatsen te volgen van N-VA-jongrenvoorzitter en ex-Schild en Vrienden-man Jeroen Bergers. Zoals het ook de moeite loont de retoriek te volgen van iemand als Europees Parlementslid Assita Kanko, om uiteraard Theo Francken niet te vermelden. In dat Europees Parlement deelt N-VA overigens een fractie met extreemrechtse partijen als het Poolse PiS, het Spaanse VOX, de Zweden Democraten en de Fratelli d’Italia. Niks mee te maken, zeggen ze bij de N-VA, wat in schril contrast staat met het gejuich van Francken over de kieszege van Fratelli-leidster Giorgia Meloni. Op Doorbraak ontkende Francken mordicus dat Meloni extreemrechts is, feliciteerde hij haar en wenste hij haar veel succes.

Heilzaam effect

De uitspraak van Connor Rousseau heeft een heilzaam effect. Connor Rousseau en Bart De Wever laten weinig kansen onbenut om elkaar lof toe te zwaaien. In wezen draait die lof steeds om eerlijkheid, oprechtheid, een deugd die beiden in elkaar menen te zien en ervaren te hebben. Spontaan of doordacht, de uitspraak van Rousseau dat hij N-VA meteen overal dumpt als ze ergens met VB in zee gaan, opent interessante en noodzakelijke discussies in media en politiek.

Ten eerste kunnen we het opnieuw hebben over het racisme van Vlaams Belang, de toenemende homofobie, de transgenderhaat, de sociale leugens en demagogie van een partij die gewoon het vehikel wil zijn van Vlaamse ondernemers maar liegt dat ze voor de werkmens is, de banden van een aantal van haar mandatarissen met rechtsextremisten en met neonazi’s (zoals Het Observatorium eerder al berichtte), de sympathie voor autoritaire en dictatoriale regimes als dat van de Hongaar Orban maar eerder ook voor Poetin en de Syriër Assad.

Ten tweede wakkert de uitspraak van Rousseau de discussie binnen N-VA aan. In die partij hoort men tal van geluiden. Rousseau is er voor sommigen een arrogante kwast die geen lessen te spellen heeft. Voor anderen is hij dan weer dé sleutelfiguur om een fatsoenlijke coalitie mee te vormen en om dan samen met de PS tegemoet te treden en een staatshervorming te regelen… Het eerste wordt luid uitgeschreeuwd op sociale media. Het tweede wordt binnenskamers gefluisterd.
Maar naast de de-normalisering van extreemrechts en het voor de spiegel plaatsen van N-VA kan er nog een derde heilzaam effect zijn, bij de andere politieke partijen.

Oproep

Hoe staan CD&V, Open-VLD, Groen en PVDA tegenover het voornemen van Vooruit om N-VA te dumpen van zodra het coalities maakt met extreemrechts? En hoe staat N-VA zelf tegenover dat voornemen? Volgen ze Connor Rousseau in dit voornemen dat terecht het cordon versterkt en de scheidslijn verduidelijkt tussen racisme en andere vormen van systematische discriminatie enerzijds en de democratie anderzijds? We stellen dezelfde twee vragen aan de Franstalige politieke partijen: PS, MR, Ecolo, PTB, Les Engagés (het vroegere CdH) en Défi (voorheen FDF).

We stellen al deze partijen kortweg de vraag of ze akkoord zijn met het voornemen of de aanpak van Connor Rousseau. We vragen ze in tweede instantie hun antwoord kort te onderbouwen. We zullen de verkregen reacties netjes verwerken en op de meest heldere manier weergeven.

Afbeelding: Wikimedia

Wil je geen enkel artikel over extreemrechts missen? Abonneer je op onze wekelijkse nieuwsbrief.